WONEN IN ITALIË – Leven en dood

Het was een roerige week in Mombarcaro.
Ook voor mezelf. Eerst werd er zondag een baby geboren en dat is heel wat voor een dorp als Mombarcaro. De dorpsapp ontplofte bijna van de blije reacties. Maar toen ging een dag later Piera dood, één van mijn favoriete vrouwen uit het dorp. Kortom, het leven samengebald in twee uitersten.

Toen ik hier net kwam wonen, klikte het meteen tussen Piera en mij. Ik kon niet vaak genoeg koffie bij haar komen drinken en ze was één van de eersten die samen met vriendin Giovanna hier op bezoek kwam. Ik heb ook twee colums aan haar besteed: 'Vriendinnen' en 'Bezoek'.

Door covid kwam ik minder bij haar. Ze was bang en daardoor wipte ik minder aan. Vorige week kwam ik haar man tegen.Toen ik vroeg hoe het met Piera ging, reageerde hij verontrustend. Dezelfde middag ging ik nog naar haar toe.

Toen ik haar zag, schrok ik zo dat ik in tranen uitbarstte. Van de grappige levendige vrouw was niets meer over. Ze lag op de bank, bleek, onder een deken. Ze praatte niet en hield haar ogen gesloten.

Piera, inmiddels 81, was het laatste jaar erg achteruit gegaan. Eigenlijk stortte ze in toen haar man, ook een tachtiger, was hersteld van darmkanker. Hij was geopereerd, had een stoma, en Piera had hem intensief verzorgd.

Dinsdagmorgen rond tien uur begonnen de klokken van de kerk opeens te luiden. Op het ritme dat hoort bij een overlijden. "Piera van de Mancula is overleden" appte Grazia me. Ik was niet verbaasd maar wel erg verdrietig. Ik ging op de piazza kijken wanneer ze begraven zou worden.

En daar zat de hele familie Cora stralend op het terras voor de bar in afwachting van moeder en baby, die ieder moment uit het ziekenhuis thuis konden komen. Ik feliciteerde ze en de kersverse oma Maricca liet me trots wat foto's zien: een baby met een grote bos zwart haar: Nora.

Ik voelde me in verwarring. Was blij voor hen maar moest steeds aan Piera denken. Op het aanplakbiljet stond aangekondigd dat het 'rosario' vanavond om acht uur in de benedenkerk was en de begrafenis de volgende dag om half elf in de bovenkerk.

Die middag bij de ouders van een vriendin haalde de vader herinneringen op aan Piera. Het bleek dat er ooit een reis naar Egypte was georganiseerd voor de inwoners van Mombarcaro. De vader van de vriendin was meegeweest, maar ook Piera en haar man Michelino.

Piera had bij die gelegenheid een espresso-apparaat meegenomen om er zeker van te zijn dat iedereen zijn dagelijkse 'caffé' kon drinken. Bovendien had ze wat worsten in haar koffer gestopt want van het eten in Egypte verwachtte ze niet veel. Ze hadden veel plezier gehad en niet in de laatste plaats om Piera.

Dinsdagavond zat de kerk vol. Carla Caretto, de koster van de kerk, bad voor en de goegemeente volgde. Tijdens het 'rosario' of de rozenkrans wordt een reeks 'weesgegroetjes' en 'onze vaders' gebeden. Door de herhaling ontstaat er een kadans die een bijna magische sfeer oproept.

Om half elf de volgende ochtend stond het hele dorp bij de hoofdingang van de San Michele kerk boven op de heuvel de kist met Piera op te wachten. Wij gingen naar binnen en even later werd de kist over het middenpad binnengedragen. Het koor zong.

De mis ging snel voorbij en toen stroomde iedereen naar het naastgelegen kerkhof. Priester Don Corrado sprak een laatste gebed uit bij de kist en verliet toen het kerkhof. Piera werd naar de plek gedragen waar ze begraven zou worden.

Ik wilde daar niet bij zijn en liep met Grazia naar beneden, naar de piazza. Het was prachtig weer. Ik besloot een glas wijn te drinken, op Piera, daar was ik nu wel aan toe.

Toen ik thuis kwam, zag ik een geel pakje op de keukentafel liggen. O ja, dat was het rompertje dat ik in Ceva voor de kleine Nora had gekocht. Maar gauw op kraamvisite....



  • De beslissing
  • Jarenlang was het een droom. Een huis in Italië. Op vakantie stond ik steevast lang voor de etalage van de makelaar ter plaatse. Maar het moment was (nog) niet geschikt. Ik werkte nog, mijn geliefde was ziek, m’n ouders hadden steeds meer zorg nodig. Ik bleef dromen en fantaseren, allemaal heel veilig. Jaar na jaar ging voorbij. Er gebeurde veel. Cor ging dood, ik maakte een voettocht naar Rome, werd ontslagen en toen was daar opeens het moment van: nu of nooit.